Enjoy the free life!

Rondje IJsselmeer (1)

Onlangs besloten we een rondje IJsselmeer te doen. Ons eigen landje is schitterend en nu de komst van buitenlandse toeristen op een laag pitje staat leek het ons leuk eens rustig her en der rond te neuzen.

Het IJsselmeer is het grootste meer van Nederland. Het is ontstaan na de aanleg van de Afsluitdijk in 1932; daarvoor heette het Zuiderzee. Het meer wordt voornamelijk gevuld door de rivier de IJssel waar ook de naam van af is geleid.

Drie provincies omsluiten dit imposante stuk water, te weten: Noord-Holland, Friesland en Flevoland.

Wij begonnen onze ronde in Flevoland. We overnachtten in Emmeloord om van daaruit de Noordoostpolder te verkennen. Daarna deden we Leeuwarden aan, de mooie provinciehoofdstad van de enige Nederlandse provincie met een eigen taal, Friesland. Over de Afsluitdijk reden we naar Noord-Holland. Onze laatste slaapplek van deze trip was gelegen in Alkmaar.

In dit blog doen we verslag van het eerste deel van onze belevenissen, te weten: Flevoland. Friesland en Noord-Holland volgen in deel 2 respectievelijk deel 3.

Deel 1 Rondje IJsselmeer: Flevoland

Dag 1 Op weg naar de Noordoostpolder
De autorit vanaf huis was erg nat. Na weken lang mooi voorjaarsweer kwam nu al het opgespaarde nat in een keer uit de hemel vallen, althans zo leek het. Toen we Almere naderden aan het eind van de ochtend, werd het langzaam wat droger en besloten we de snelweg eens te verlaten. De Oostvaardersplassen doemden op. We maakten daar een wandeling.

Oostvaardersplassen is een prachtig moerasnatuurgebied met rietvlaktes, waterplassen en graslanden met veel gevogelte, maar ook met landdieren Het ligt tussen Almere-Buiten en Lelystad en is veel in het nieuws geweest vanwege het dilemma wel of niet bijvoederen van de dieren.

Vanaf het uitzichtpunt Jan van Boschheuvel zagen we enorm veel vogels, grotendeels ganzen, paarden en herten. Door het mindere weer was het er erg rustig met mensen en we troffen het, want we hebben geen druppel op ons hoofd gevoeld. Het zonnetje leek zo nu en dan een speldenprikje in het wolkendek te zetten.

Over de dijk, met aan de rechterhand de Oostvaardersplassen en aan de andere kant het Markermeer, reden we richting Lelystad.

Het Markermeer is pas ontstaan in 1976 met aanleg van de Houtribdijk tussen Enkhuizen en Lelystad. Daarvoor maakte het deel uit van het IJsselmeer. Het was ooit de bedoeling ook hier land van te maken, maar in 2006 is definitief besloten om af te zien van de Markerwaard.

Via de 800 meter lange Ketelbrug over het Ketelmeer betraden we de Noordoostpolder en een paar kilometer later naderden we Emmeloord.

Emmeloord ligt centraal in de Noordoostpolder. De dorpen liggen er in een soort ster rond heen met de Poldertoren als middelpunt. Hoewel de naam Emmeloord stamt uit de tijd dat dit gebied nog bestond uit water en een paar eilanden als Urk en Schokland, is deze plaats met stadrecht sinds 1992, pas na drooglegging van de polder ontstaan. Het eerste huis stamt uit 1943.

We gingen het hotel binnen en dat was toch even anders dan voor het Coronatijdperk. Looprichtingen, handgel, gezondheidsvragen, personeel met handschoentjes en met meer afstand en een heel ruim opgezet restaurant. Dat alles went echter snel en we genoten volop. Nu we sinds vele weken voor het eerst weer een maaltijd in een restaurant mochten genieten leek het wel of alles zoveel lekkerder smaakte dan toen uiteten nog de gewoonste zaak van de wereld was.

Na het diner zijn we in Emmeloord wat gaan winkelen, want op vrijdag is het koopavond. Het winkelaanbod van deze kleine stad was rijker dan we hadden vermoed. Helaas viel er op het eind wat regen, maar de gedeeltelijke overkappingen aan de winkelpanden hielden ons grotendeels droog.

Dag 2 Techniek, historie en uitwaaien
Het weer leek ons toe te lachen. Het ontbijt was nu niet het vertrouwde zelfbedieningsbuffet. We kwamen voor een tafel met daarachter de dames van de bediening. Zij laadden ons dienblad vol met wat wij wensten. Wat omslachtiger, maar prima.
Ons eerste doel deze dag was de havenroute in Rijksmonument Waterloopbos. Het is een stuk bos met historische waarde gezien het ooit als openluchtlaboratorium diende voor allerlei watergedragingen van over de hele wereld.

Wij hebben een heerlijk wandelingetje van zo’n 3 km volbracht langs de diverse proefopstellingen met waterloopkundige modellen. Sommige waren al door de natuur grotendeels teruggevorderd, maar andere waren nog goed zichtbaar. Die laatste vonden wij het meest interessant.

Een volgende plek die we graag wilden bezichtigen was Schokland. We liepen een rondje in het midden van het voormalige eiland waar ook het museum op ligt. Daarna gingen we naar het noordelijk deel met het scheepvaartmonument, de vuurtoren en bijbehorende lichtwachtershuis en het misthoornhuisje. De contouren van de voormalige haven zijn hier prachtig zichtbaar.

Het voormalige eiland Schokland is het eerste Nederlandse Unesco erfgoed. Het wordt gezien als symbool voor de Nederlandse strijd tegen het water en kent talloze verborgen bodemschatten. Het is bewezen dat er vanaf de prehistorie tot aan de drooglegging mensen op dit eiland hebben gewoond.

Urk, ook een voormalig eiland in de Zuiderzee, was ons volgende doel. De uitgebreide vissersvloot en de vuurtoren zijn samen met de oude dorpskern zeker een bezoek waard. Al is het IJsselmeer dan maar een meer… de windkracht zorgde voor zeer rumoerig water en een hele bos verwaaide haren. Desondanks hebben we een leuke wandeling langs het water gemaakt en flaneerden we door de straatjes met oude huisjes. De inwendige mens werd versterkt met hoe kan het ook anders, een heerlijk visje.

Dag 3 Een vleugje Overijssel
Deze dag begon regenachtig. We besloten de auto als schuilplaats te gebruiken en deden een stukje van Overijssel aan. Waar mogelijk maakten we een wandeling.

Vollenhove verraste ons met een fraaie cirkelvormige jachthaven. Blokzijl is niet groot maar bijzonder charmant met een sluisje en liefelijke oude huizen. Helaas hebben we er maar een klein wandelingetje gemaakt. De weergoden lieten niet meer toe.

Nederland bezochten we ook. Ja ja, dat snap ik zul je denken, maar wist je dat het een heus plaatsje is en dat er geen plaatsnaambord zoveel gejat wordt als deze?

In de middag werd het droger en we besloten Giethoorn, het “Hollands Venetië” te bezoeken.

Giethoorn dankt waarschijnlijk zijn naam aan pioniers die veel geitenhoorns gevonden hebben van, door de stormvloed van 1170 vanuit de Zuiderzee omgekomen, geiten. De geitenhoorn is terug te vinden in het wapen van Giethoorn.

Deze plaats is altijd leuk voor een heerlijke wandeling en een hapje eten, zeker nu het niet overspoeld wordt met toeristen. De “slootjes” met hun entourage zijn een lust voor het oog. Vele huizen zijn als het ware op eilandjes gebouwd, die alleen via bruggetjes te bereiken zijn. De sloten en vaartjes dienden voor transport van turf. De meren en plassen zijn ontstaan door de turfwinning. Wat ons opviel was dat veel huizen een soort kameeldak hebben. Ze worden ook wel bultrugboerderijen genoemd.

Het Nationaal Park Weerribben-Wieden is een schitterend natuurgebied en leent zich uitstekend voor boottochtjes, maar daarvoor hadden wij nu geen tijd beschikbaar.

Nationaal Park Weerribben-Wieden is met ruim 10.000 hectare het grootste aaneengesloten laagveenmoerasgebied van Noordwest-Europa.

Al geocachend gingen we terug naar het hotel. Met dit “schatzoekspel” kom je vaak op plekjes die je anders niet zo snel zou vinden of over het hoofd zou zien.

Dag 4 Op naar Ljouwert
Deze dag verlieten we de provincie Flevoland na een mooie wandeling in het Kuinderbos met een heuse ruïne die bij de drooglegging van dit gebied weer licht zag.

Ga met ons mee naar de volgende provincie en lees….. Deel 2 Rondje IJsselmeer: Friesland

2 thoughts on “Rondje IJsselmeer (1)”

Geef een reactie